
Nadat ik de diagnose ”kanker” kreeg, volgde een aantal maanden van chemokuren en operaties. Tijdens die periode kwam er veel bezoek over de vloer. In mijn woonkamer hing een lijn met wel 300 kaarten. Aan medeleven en belangstelling geen gebrek dus!
Heerlijk was het me zo geliefd te voelen! Door iedere keer het verhaal te kunnen vertellen aan de mensen die tegenover me op de bank zaten, leerde ik mijn ziekte onder ogen te zien en er mee om te gaan.
Trouw zorgde Karel* elke keer voor een pot verse koffie met wat lekkers erbij. Ik werd verwend met knuffels, tranen, bloemen en cadeautjes. Hij vervulde zijn rol als gastheer met verve en nadat hij die taken had vervuld, ging hij er gezellig bij zitten en nam deel aan het gesprek. Vol ongeduld wachtte hij tot het bezoek ook aandacht aan hem besteedde. Mijn verhaal had hij immers al tientallen keren gehoord en hij deed zijn best het verhaal op een ander onderwerp te gooien.
Het bezoek merkte dat op en gelukkig werd de vraag gesteld hoe het met hem als partner ging. Dan veerde hij op en begon een heel verhaal over zijn boot te vertellen die we net een aantal maanden daarvoor hadden aangeschaft. Een tweedehandsje weliswaar, waar veel aan moest gebeuren, maar waar Karel zijn hand niet voor omdraaide.
Heel voorzichtig had ik tegen hem gezegd dat het niet slim was de boot nu op te knappen, omdat we niet zeker waren van de afloop van mijn ziekte. Dat wuifde hij weg. Ik moest duidelijker zijn en vroeg: “Als ik het niet red, ga je dan in je eentje varen?’ Die vraag leek roet in het eten te gooien. Kárel had er immers een goed gevoel over en hij schafte menig materiaal aan om het vaartuig vaarklaar te maken.
Terug naar het bezoek. Karel was niet te houden over zijn onderwerp. Het bezoek werd geïnformeerd over het type boot, het bouwjaar, het merk van de motor, het verbruik van de brandstof en de acties die hij ging ondernemen voordat we konden beginnen met het verkennen van Nederland over het water. En wat ik, en soms ook mijn visite, inzette hem te stoppen, het hielp niet. Uiteraard wilde ik Karel niet voor gek zetten. Helaas hielpen mijn subtiele hints niet. Hij wilde mijn ziekteverhaal niet voor de zoveelste keer aanhoren. Ik moest echter steeds luisteren naar het bekende verhaal over de boot?
Mijn jongste dochter wist raad en sprak het volgende met haar vader af. “Pa, ma wil graag haar verhaal aan iedereen vertellen. Dat is goed voor haar en ik snap dat jij dat niet iedere keer wilt aanhoren. Alleen komen de mensen wel voor ma en haar ziekte. We spreken af dat je bij het eerste bakkie erbij bent en natuurlijk even over je boot mag praten. Maar als ma vraagt een tweede kopje in te schenken, dan is het tijd, nadat gedaan te hebben, om op te stappen.”
“Is dat niet raar om dan weg te gaan?”, was zijn reactie. “Nee hoor”, zei mijn dochter. “Je zegt gewoon dat je nog meer te doen hebt en dat ma dan de tijd heeft alles te vertellen over haar ziek-zijn.”
En jawel hoor, dat deed Karel en het werkte fantastisch! Ik liet hem er even bij zitten en kapte hem natuurlijk niet af midden in een zin. Maar kwam de vraag over het tweede bakkie, dan stond hij op en sprak vervolgens de aangeleerde zin uit. Het gebeurde een aantal keer dat hij nog gauw iets wilde zeggen en natuurlijk was dat oké. Een beetje bijdehand gaf ik hem daarna de kopjes aan en die boodschap pakte hij op. Zo kwam iedereen aan z’n trekken. Ook ik!
Ik ben Marloes, 59 jaar en getrouwd met Karel*. Samen hebben we vijf volwassen kinderen die de deur uit zijn. Ruim tien jaar geleden kreeg Karel de diagnose autisme.
*Karel en Marloes heten in werkelijkheid anders
Reageer: